Migratie en geloof
Leven als een minderheid
Een minderheid zonder macht
Migratie daagt ons uit. We grijpen dan vaak terug op onze identiteit. Wat is onze identiteit? En wat doet migratie met de joods-christelijke cultuur? ‘’Geliefden, ik roep u op als bijwoners en vreemdelingen…,’’ fundamentele woorden van Petrus. Vreemdelingen en bijwoners. Christenen als een minderheid in een samenleving die ons geloof niet deelt, en, er soms zelfs op neer kijkt.
Dit is in overeenstemming met het grote verhaal in de Bijbel vanaf de ballingschap van het volk Israël. Toen Nebukadnezar Jeruzalem veroverde werd het volk van God verspreid over de wereld. In die ballingschap vond het Joodse volk hun geloof opnieuw uit. Vanaf toen werd ook duidelijk: Je gaat een minderheidsbestaan krijgen in de wereld en dat zal je roeping zijn.
Dat is het narratief in de Bijbel. Hoe zowel je identiteit houden als constructief de vrede zoeken voor je omgeving? De les van Daniel: vergeet niet wie je bent!
Er ontstond ook een nieuw Godsbesef na de ballingschap. De God die verbonden is aan een land en cultuur is kwetsbaar. Wat als het land verovert zoals door Nebukadnezar? En wat als haar tempel vernietigd wordt? Dit is met veel ‘goden’ uit de oudheid gebeurd. De God van de Bijbel openbaart zich echter als een God van de einden der aarde, voor alle volken, niet van een territorium.
Net als het Joodse geloof bij Daniel is het christendom in Belgie zijn macht en vanzelfsprekendheid verloren. We zijn weer terug in de normale positie, de uitgangspositie uit het Nieuwe Testament: we zijn vreemdelingen, niet van deze wereld. We zijn allemaal ballingen. We zijn een minderheid die geen macht krijgt. En, die macht moet je ook helemaal niet willen. Toch zijn er manieren om constructief en positief in de samenleving te staan. Je hoeft niet te heersen om iets goeds te doen. We worden opgeroepen om houding van de bloei zoeken. Als minderheid God dienen, en daardoor de wereld doen en tot bloei brengen.
‘’Christenen die nu leven, hebben meer gemeen met de Bijbelschrijver dan hun voorouders. In de 18e en 19e eeuw leefden ze in een christelijke cultuur. Ze runden de show. Het Israël met de tempel. Ze hebben de macht. Maar de Bijbelschrijvers leefden als minderheid in een cultuur die hen ridicuul vond. Die hen discrimineerde en zelfs vervolgde. Tegen de klippen op geloven. We hebben meer gemeen met hen dan met onze eigen voorouders,’’ dat zegt Stefan Paas in de podcast ‘’Dit is de Bijbel #30’’
De tijd van eerste christenen staat dichtbij de onze. Ook wij leven als minderheid. Zij stonden zelfs aan de vooravond van zware christenvervolging in het Romeinse Rijk. Het is voor hen onvoorstelbaar dat er iets zou zijn als een Joods-Christelijke samenleving. De eerste christenen wisten te leven als minderheid en deel te zijn van een kleine maar sterke beweging van gelovigen. Die beweging zou uitgroeien tot een open en gastvrije kerk. Getekend door haar eigen verleden en geschiedenis. Steeds weer op de vlucht, verdreven en levend als vreemdeling.
De filosoof Venmans vat de levensopvatting goed samen in zijn essay ‘’gastvrijheid’’. Het is gestoeld op het voorbeeld van Abraham. Hij leefde op de drempel. Altijd bereid om te gaan, altijd bereid om mensen te ontvangen. ‘’Dit Abrahamitische motief van de vreemdeling die vreemdelingen ontvangt speelt overigens door in het christendom dat de opvatting huldigt dat wij op aarde slechts passanten zijn en geen eigendomsrechten kunnen claimen. We zijn verplicht om ook gastvrijheid te bieden aan iedereen die daarom verzoekt.’’
Leven we net als Abraham op de drempel? Altijd bereid te gaan of te ontvangen? Die bereidheid tekent de kerkgeschiedenis, en hopelijk nog altijd de kerk in ons land vandaag de dag. Zijn we net als Filipus, stevig geworteld in onze identiteit in Jezus? Als je stevig geworteld bent zul je zien dat angst verdwijnt en liefde verschijnt.
Laten we tegen de klippen op geloven, de vrede en bloei van de stad zoeken. Bereid zijn het evangelie te delen. Niet geleid door angst voor migratie, maar gedreven door Gods liefde om alle volken de kans te geven deel te zijn van het Lichaam van Christus.